Rondje Bangkok
Na 11 uur lang slapen word ik hongerig wakker. Poehee, is het al zo laat? Gisteren ging ik keurig om 1 uur s’nachts naar bed en dat betekend dat ik alle ochtend-streetfood heb gemist! Eenmaal aangekleed loop ik via het donkere steegje terug naar de straten van Bangkok, helemaal blij verrast dat de middaglunch vlak voor mijn hotel wordt klaargezet. En zo beginnen we de dag met een kommetje kippenbouillon (met koriander en lente-ui), rijst dat boven de bouillon is gaar gestoomd en uiteraard een beetje van die heerlijke kip erbovenop.
Tijdens het eten bedenk ik mijn plan voor vandaag. Bangkok heeft veel te bieden wat ik nooit in een paar dagen kan zien, dus ik besluit om heel Bangkok strategisch te bekijken via een boottaxi. Elke rit kost slechts 5 bath en het maakt niet uit waar ik uit wil stappen, dus daar kunnen we lekker van profiteren. Zo gezegd zo gedaan en binnen 2 uur heb ik 5 tempels gezien, wolkenkrabbers, diverse marktjes aan het water, kortom een succes en ik tussendoor had ik een leuke route bedacht dat ik vandaag ga afleggen. En zo keek de kapitein raar op dat ik bij het uitstappen direct weer een kaartje kocht voor de reis terug naar Wat Arun, de temple of Dawn.
Bangkok is een zeer drukke toeterstad en aangekomen bij de Wat Arun vind je een oase van rust. Eigenlijk niet gek want hoewel het nog steeds Bangkok is, is het wel erg afgelegen. Al snel maak ik een gergelijking van de Hemelse tempel midden in Beijing welke ik toch spectaculairder vind. Helaas is Wat Arun volledig in de stijgers maar het leukste plaatje van alles waren toch de drie heren.
Vervolgens ben ik met de pond en vervolgens een lange looptocht richting het paleis gelopen. Ook hier werd ik weer herinnerd aan Beijings verboden stad. Waarschijnlijk komt het voor mijn liefde van Chinese films, of meer kennis van dat cultuur, tot nu toe lijkt Bangkok toch echt op het kleine broertje van Beijing.
Met alweer een paar uur voorbij begin ik toch weer hongerig te worden. Terug naar de pier spring ik weer op een boot richting een van de lekker ruikende haltes die ik voorheen had gezien. Ik wordt verrast bij de Wang Lang Markt met zeer veel streetfood (kijk hier is Bangkok wel goed in, in Beijing moet zoeken naar wat eten op straat) en allemaal leuke kraampjes. Met een verse stukjes watermeloen en satéstokje in handen huppel ik langs het geheel en kijk ik mijn ogen uit.
Terug aan de overkant begint het alweer laat te worden en besluit om deze avond in China Town te eten. Na 7 taxi’s met kapotte meter brengt de 8e mij eerst naar het Jim Thompson House. Jim is op 61 jarige leeftijd verdwenen, maar heeft in Bangkok een huis laten bouwen waarin hij huisstijlen van Thailand, China en Europa bij elkaar heeft gemixt. Heel spectaculair was het niet maar aangezien Bangkok verder van beton is gemaakt, was het wel een verademing om het te zien.
Na alweer een flinke wandeltocht kom ik aan in China Town. De bazen zijn langs de weg allerlei eettentjes aan het klaarzetten, gezamenlijk met alle neon verlichting is het hier een Chinese walhalla voor de hongerige Indo. Waar je in de Khao San Road allerlei Thaise gerechten vind, is het hier Chinees en dan raad je het al, missie pekingeend.
Als eerst liep mijn neus richting een gembersoep met voor mij onbekende vruchtjes. De aroma van de soep was zo heerlijk dat ik het moest proberen. Jawel, de gember overheerste en was overheerlijk. Alleen die rare vruchtjes ben ik geen fan van dus de volgende keer neem ik sesamballetjes.
Een stukje verder staat het dan, een Pekingeend kraampje. Verrukkelijk als het was heb ik het helaas niet bij 1 porties kunnen laten. Jammer dat verkoopster het woord Take-Away niet kent want anders zat ik nu nog te snoepen.
Terug bij de Khao San Road beginnen mijn voeten het toch echt te begeven. Ik merkte vandaag al dat mijn sandalen al erg versleten waren en hoop dat het morgen geen blaren worden. Uit voorzorgsmaatregelen en naam van de wetenschap dump ik mijn berenpoten in een visspa en iedereen kijkt me boos aan dat bijna alle vissen mijn voeten aanvallen. Och blijkbaar had ik het harder nodig dan hun ^_^.
Terug richting het hotel kom ik nog even een nieuwe satévrouwtje tegen die 4 verschillende kipsaté verkoopt, kipsaté, kippendij met bot, kip nieren en kippenhartjes. Als een kleine boef koop ik van elk 1 stokje en smikkelend maak ik een einde aan mijn dag.
Wat een leuke en smaakvolle dag heb je ervan gemaakt. De drie heren die je bent tegengekomen doen me denken aan de drie indo musketiers (-: je boft maar met al dat smikkelen en smullen van de Thaise en Chinese keuken. Geniet ervan en hopelijk morgen geen blaren.
Hmm gewoon tom kha kai soep als ontbijt. heerlijk!
die wachters van die tempel lijk kapot veel op die wachters van shaolin tempel. die blauwe en die rode, maar dan iets dikker. remember?
Jup dat viel mij ook al op. Volgens mij zijn het wachter van budda ofzo. Ze komen in ieder geval voor in de budistische mythologie.
Bangkok is een grote heksenketel waar van alles in wordt gebrouwen. Met geen stad te vergelijken. Die gembersoep kan ik ook wel gebruiken aangezien ik sniffend naar adem hap. Als je een goeie sui kao soep tegen komt moet je die even voor me onthouden, oke?
Midden in Chinatown langs de weg is een seafood steegje. Het eten ruikt daar heerlijk en je hebt er een tent met allerlei vissoepen. Volgens mij kunnen jullie daar sui kap soep wel vinden.
Ow ja, die Kun je natuurlijk niet even voorproeven 😉
Super om een indruk te krijgen van wat ons in November te wachten staat. Ik doel natuurlijk op al dat eten, dat snap je wel 🙂
Die 3 aapjes zeggen iets over de (aziatische) cultuur. Het is namelijk “Zien”, “Horen”, “Zwijgen” en dat in de breedste zin. Het is meer een way of living.
Have fun maat en ik blijf je volgen om te lezen wat Thailand je nog allemaal brengt.